Er was eens een dame die niets met dood te wilde maken hebben. De gedachte dat haar leven eindig zou zijn, maakte haar in- en intriest. Het feit dat de wereld dan zonder haar verder zou draaien, maakte het nog erger. Alles wat met dood te maken had, ging zij zoveel mogelijk uit de weg.
Rouwbezoek lag haar niet. Ze was er vreselijk nerveus voor. Wat moest ze zeggen? En naar een overledene kijken? Dat sloeg ze liever over. Bang als ze was haar emoties niet de baas te blijven. Tot ze op een dag besloot de weg van ritueelbegeleider bij afscheid in te slaan. Heel bijzonder, want het stond loodrecht op haar eerdere beleving.
Die vrouw, dat ben ik. Een andere uitleg dan het op op die ene bewuste dag als een roeping te voelen, kan ik niet geven. En dat gevoel ging diep, echt diep! Tot op mijn bot!
Het leek alsof het uit de lucht kwam vallen. Maar al snel had ik in de gaten dat mijn gebaande paden bij elkaar kwamen.
Sinds die dag ben ik 180 graden omgedraaid. Het is zelfs zo dat het leven lijkt ingericht op afscheid nemen. Net zoals die keren dat ik zwanger was. De hele wereld leek wel zwanger. Of zoals in de periode van onze verhuizing. Iedereen leek daar wel mee bezig te zijn (was trouwens ook zo).
Enfin, mijn huidige status bevindt zich dus rond ‘afscheid nemen’. OriĆ«nterende werkveldbezoeken, een meeting op een natuurbegraafplaats, lezingen in een crematorium, vergaderen met ritueelbegeleiders, een workshop rouwwade vouwen. Een willekeurige greep uit mijn bezigheden. En het gaat verder. Ik kan tegenwoordig nergens meer naar kijken of luisteren zonder de verbinding met de eindigheid te leggen.
Misschien duidt het op een en al zwaarmoedigheid. Integendeel, ik vind het juist intens waardevol. Het maakt mijn LEVEN! Lang LEVE de tegenstelling. Lang LEVE die ene dag!